Wat kan en wat niet? Praat erover met je kind. Vraag waarom het bepaalde dingen (wil) doen online. Bespreek de voor- en nadelen van bijvoorbeeld veel gamen. Praat met je kind over waar de grenzen liggen en wat je verwacht.

Geef je kind ook de kans om zijn mening te geven. Laat het mee nadenken over afspraken.

Je kan met je kind afspraken maken over dingen die wel of niet mogen, bijvoorbeeld:

• Tijdstippen waarop je kind geen smartphone bij zich heeft, bijvoorbeeld in bed ’s nachts of aan tafel
• Tijdstippen waarop gamen wel of niet kan, bijvoorbeeld enkel als het huiswerk af is
• Akkoord gaan dat je kind een profiel op Facebook aanmaakt. De voorwaarde is wel dat jullie dan samen de instellingen voor de privacy correct instellen. Je hoeft niet alles op zijn profiel te lezen en goed te keuren.
• Met wie ze online praten of spelen, bijvoorbeeld: gamen met vrienden of klasgenoten is veilig. Online spelletjes spelen met onbekenden is dat niet.

Spreek met je kind ook af dat het naar je toe komt als er problemen of twijfels zijn. Maak duidelijk dat je altijd wil praten.

Probeer duidelijke afspraken te maken, die voor jou en je kind aanvaardbaar en haalbaar zijn. Een lijst met geschreven afspraken kan je hierbij helpen.

Je kind houdt zich niet aan de afspraken. Wat nu? Spreek op voorhand af wat er dan gebeurt. Zo weet je kind wat de gevolgen zijn.

• Geef jezelf de tijd om na te denken over een passende straf.
• Wees niet te streng. Je kind komt dan misschien minder snel naar je toe als er een probleem is.
• Laat je kind uitleggen waarom hij of zij zich niet aan de afspraak gehouden heeft.
• Krijg je kind straf? Zorg dan dat de straf ervoor zorgt dat je kind beter omgaat met online media in de toekomst.

Voorbeeld: Heeft je kind problemen met wie hij of zij als vriend toevoegt online? Bekijk dan samen de correcte instellingen voor de privacy en de soorten vriendschappen op sociale netwerken.

Gebruik je zelf constant je smartphone? Dan kan je moeilijk van je kind verwachten dat het dat niet doet. Hou je dus zelf ook aan gemaakte afspraken en zeg of toon dit aan je kind.

Ook bij tieners is het belangrijk dat je weet wat je kind doet online. Je kind aanvaardt regels en afspraken makkelijker als je als ouder weet waar je kind mee bezig is en wat hij/zij belangrijk vindt.

Praat er open over met je kind. Controleer niet stiekem. Als je je kind dan moet zeggen wat je zag, kan je kind je minder vertrouwen.

Met jongere kinderen moet je misschien wat vaker in gesprek gaan dan met oudere kinderen. Een belangrijk moment is als je kind naar het secundair onderwijs begint te gaan. Het is normaal dat jongeren experimenteren en grenzen opzoeken.

• Geef je zoon of dochter stap voor stap meer vrijheid en verantwoordelijkheid.
• Herbekijk jullie afspraken regelmatig.
• Hou rekening met de persoonlijkheid van je kind. Sommige kinderen of jongeren zijn gevoeliger als ze iets negatiefs meemaken online, bijvoorbeeld gewelddadige beelden of een reactie op Facebook. Neem negatieve gevoelens van je kind altijd ernstig. Zo weet je kind dat hij of zij altijd bij jou terechtkan. Als je merkt dat je kind zich ongelukkig voelt door iets wat het meemaakte online, dan kan je de afspraken herbekijken.